
RESULTATEN
Dankzij de enthousiaste deelname van vele katten en honden aan onze Nierkliniek, konden we overschotten van bloed- en urinestalen inzetten voor wetenschappelijk onderzoek. Dit leverde waardevolle resultaten op die ons helpen om het ontstaan en de diagnose van chronische nierziekte beter te begrijpen. Dankzij deze inspanningen konden we al verschillende belangrijke studies publiceren. Hieronder vindt u een overzicht van enkele recente publicaties.
Optimalisatie en validatie van metabolomicsmethoden voor kattenurine en -serum met het oog op toepassingen in de diergeneeskunde.
​Vanden Broecke, E., Van Mulders, L., De Paepe, E., Daminet, S., en Vanhaecke, L.

Metabolomics is een wetenschappelijke methode waarmee onderzoekers kleine stofjes (metabolieten) in lichaamsvloeistoffen zoals bloed en urine meten. Deze stofjes vertellen veel over hoe gezond een lichaam is en kunnen helpen om ziekten op te sporen.
Omdat er bij het begin van dit onderzoek nog geen betrouwbare methode bestond om metabolomics toe te passen bij katten, hebben we ons als eerste studie gericht op het ontwikkelen en testen van een betrouwbare methode om bloed- en urinestalen van katten te analyseren. Daarna hebben we met behulp van statistische modellen laten zien dat onze aanpak geschikt is om veranderingen in deze stofjes te meten bij katten met chronische nierziekte. Dit opent de deur naar het verder zoeken naar nieuwe aanwijzingen (biomerkers) om deze ziekte sneller en beter te kunnen opsporen.
Metabolomics onthult veranderingen in darmafgeleide ureumtoxines en tryptofaanmetabolisme bij katten met chronische nierziekte.​
Van Mulders, L., Vanden Broecke, E., De Paepe, E., Mortier, F., Vanhaecke, L., en Daminet, S.
In deze studie onderzochten we bloed- en urinestalen van 94 katten met chronische nierziekte (CNZ) en 84 gezonde katten. We ontdekten duidelijke veranderingen in de manier waarop hun lichaam bepaalde stoffen verwerkt, zoals tryptofaan, tyrosine en carnitine, en in de werking van de ureumcyclus (een proces dat afvalstoffen uit het lichaam verwijdert). Ook zagen we dat belangrijke afbraakroutes, zoals die van kynurenine en serotonine, sterk verstoord waren. Verder concludeerden we op dat bepaalde afvalstoffen, afkomstig uit de darmen — zoals indoxyl-sulfaat, p-cresyl-sulfaat en TMAO — zich steeds meer ophoopten bij katten met nierziekte. Dit kwam vooral doordat hun nieren deze stoffen minder goed konden uitscheiden. Deze bevindingen helpen ons beter te begrijpen welke veranderingen gepaard gaan met CNZ, zodat we hierop kunnen inspelen voor een tijdige diagnose en behandeling.

Veranderingen in darmafgeleide ureumtoxines vóór het optreden van azotemische chronische nierziekte bij katten.
​Van Mulders, L., Vanden Broecke, E., De Paepe, E., Mortier, F., Vanhaecke, L., en Daminet, S.

In deze studie hebben we onderzocht of bepaalde afvalstoffen in het bloed, zogenaamde uremische toxines, kunnen voorspellen welke katten later chronische nierziekte (CNZ) ontwikkelen. We ontdekten dat bepaalde stoffen, zoals indoxyl-sulfaat en TMAO, al zes maanden vóór de officiële diagnose begonnen te stijgen. Hoewel we niet met zekerheid kunnen zeggen dat deze afvalstoffen een oorzaak zijn voor het ontwikkelen van nierziekte, kunnen deze bevinding wel bijdragen aan een vroege diagnose. Dit is van belang omdat de huidige testen CNZ pas laadtijdig kunnen vaststellen.
Vroege opsporing van chronische nierziekte bij katten via 3-hydroxykynurenine en modellen gebaseerd op machine learning.​
Vanden Broecke, E., Van Mulders, L., De Paepe, E., Paepe, D., Daminet, S., en Vanhaecke, L.
In deze studie onderzochten we of we chronische nierziekte (CNZ) bij katten vroeger kunnen opsporen dan met de huidige standaardmethoden. Dankzij een speciale analysetechniek (metabolomics) konden we kleine stofjes in bloed en urine meten en verbanden leggen tussen veranderingen in deze stofjes en het ontstaan van nierziekte. We ontwikkelden computermodellen (waarbij ook technieken zoals ‘machine learning’ werden gebruikt) die katten met beginnende nierziekte kunnen onderscheiden van gezonde katten, ruim zes maanden voordat de ziekte normaal gesproken zou worden vastgesteld. Daarbij bleek vooral één stofje, 3-hydroxykynurenine, erg veelbelovend als vroege biomerker, wat in de toekomst kan resulteren in een vroegere diagnose en dus ook vroegere behandeling van katten met CNZ.

Effectiviteit van asymmetrisch dimethylarginine (ADMA) in de urine om azotemie te voorspellen bij katten met hyperthyreoïdie na behandeling met radioactief jodium.​
Vanden Broecke, E., Stammeleer, L., Stock, E., De Paepe, E., en Daminet, S.

In deze studie onderzochten we of we bij katten met een te snel werkende schildklier (hyperthyreoïdie) al vóór hun behandeling konden voorspellen wie later nierproblemen zou krijgen. Dit is belangrijk, omdat hyperthyreoïdie en nierziekte vaak samen voorkomen en elkaar kunnen verbergen. Met behulp van speciale analysetechnieken onderzochten we bloed- en urinestalen van katten vóór en na hun behandeling met radioactief jodium. We ontdekten dat bepaalde merkers in de urine, vooral ADMA (asymmetrisch dimethylarginine), al vóór de behandeling een aanwijzing gaven voor een verhoogd risico op nierproblemen. Deze bevindingen kunnen in de toekomst helpen om katten met een groter risico vroegtijdig op te sporen en beter te begeleiden.